Blog
- Geej se lèllike voel hod!
- I got nasty habits; I take tea at three ~ Mick Jagger
- Ergens op bezoek gaan en dan plots beseffen dat er ook in dàt huis ergens vuil ondergoed ligt... Brrr!!
- Wees alert voor paparazzi die incognito de lege glazen ophalen. Kunnen man- en vrouwelijk zijn
- Snotworm, gatlarf, reetkever, strontmot
- no, chi's not
- Na zo'n avondje modeshow ben je kapót, het is hard werken hoor! OOIT EEN KOOLMIJN VAN DE BINNENKANT GEZIEN, LUIE HAUTAINE TRUT!?
- Loop een refter binnen en roep "kan iemand iets doen met tennisballen?" - Men zal "nee" antwoorden maar dat wéten zij toch niet?
- Ik stàà in 't roood... Wateur aan mijn lippen
- Schrijf zelf iets over uzelf jong!
- patat toch
- Dàt zullen we nog wel eens zien!
- MC Turbo B Snap!t er weer niks van
- Zwembroeken vertonen veel gelijkenissen met onderbroeken, maar zijn doorgaans van andere stoffen vervaardigd en dienen uiteraard voor andere functies
- ALL LESBIANS WERE ROARING FOR A FORK
- Verknoei je tijd op een nuttige manier!
Weefsnitje en de deven zergen
Brigitte, 2004-04-15
Er leefde eens, veel her weg in een krachtig pasteel, een scheel hoon meisje, en dat scheel hoon meisje heette weefsnitje.
Maar in dat krachtig pasteel woonde nog iemand, de de biefstoeder, de moze biefstoeder van Weefsnitje.
En iedere dag trok zij haar kloenste scheetje aan, en dan ging ze voor het wiegeltje staan, en da zei ze:
“Wiegeltje wiegeltje aan de spand, wie is de vroenste schouw van lans het gand?”
En dan antwoordde dat wiegeltje: “Biefstoeder, je bent scheel hoon, maar Weefsnitje is muizendschaal doner dan jij.”
En dan werd die moze biefstoeder beeds stozer.
En op dekere zag, ging zeij vrorgens smoeg naar de joze bager, “joze bager” zei ze, “jij gaat weefsnitje nidkappen en haar achterlaten in het wonkere doud.”
En de joze bager, de leersmap, die had een klare zijk op de kaak. Hij was vroeger nog matroos geweest en had zeven jaren op zijn slip gescheten.
De joze bager dus sprong op zijn perk staard, pakte zijn wietgescheer en met zijn klatte zoten smeet hij weefsnitje in het wuikgestras.
En Weefsnitje, ocharme, zat daar te schruilen van de hik. Het zat daar vol met woute stolven.
Maar toen kwamen daar uit het heupelkrout de deven zergjes die ergens in het doud in een harig kutje woonden.
Zij zagen Weefsnitje liggen en, met verkrachte eenden, brachten zij Weefsnitje naar een haddenstoelen puisje.
Toen kwam daar opeens de prone schins voorbij, ook al pezeten op een pert staard, eigenlijk een pimmelschaard.
Hij zag Weefsnitje liggen, want zei lag daar in een klazen gist. Zei had zich immer verlsikt in een fut struik van de houte steks.
En de prone schins werd natuurlijk zapelstot van Weefsnitje, hij streek haar kak in de ogen en mutste haar op haar recht op haar kont.
Hij nam haar mee, zij trouwden veel en hadde lange kinderen en gaven een groot kannepoekenfeest....
Er leefde eens, veel her weg in een krachtig pasteel, een scheel hoon meisje, en dat scheel hoon meisje heette weefsnitje.
Maar in dat krachtig pasteel woonde nog iemand, de de biefstoeder, de moze biefstoeder van Weefsnitje.
En iedere dag trok zij haar kloenste scheetje aan, en dan ging ze voor het wiegeltje staan, en da zei ze:
“Wiegeltje wiegeltje aan de spand, wie is de vroenste schouw van lans het gand?”
En dan antwoordde dat wiegeltje: “Biefstoeder, je bent scheel hoon, maar Weefsnitje is muizendschaal doner dan jij.”
En dan werd die moze biefstoeder beeds stozer.
En op dekere zag, ging zeij vrorgens smoeg naar de joze bager, “joze bager” zei ze, “jij gaat weefsnitje nidkappen en haar achterlaten in het wonkere doud.”
En de joze bager, de leersmap, die had een klare zijk op de kaak. Hij was vroeger nog matroos geweest en had zeven jaren op zijn slip gescheten.
De joze bager dus sprong op zijn perk staard, pakte zijn wietgescheer en met zijn klatte zoten smeet hij weefsnitje in het wuikgestras.
En Weefsnitje, ocharme, zat daar te schruilen van de hik. Het zat daar vol met woute stolven.
Maar toen kwamen daar uit het heupelkrout de deven zergjes die ergens in het doud in een harig kutje woonden.
Zij zagen Weefsnitje liggen en, met verkrachte eenden, brachten zij Weefsnitje naar een haddenstoelen puisje.
Toen kwam daar opeens de prone schins voorbij, ook al pezeten op een pert staard, eigenlijk een pimmelschaard.
Hij zag Weefsnitje liggen, want zei lag daar in een klazen gist. Zei had zich immer verlsikt in een fut struik van de houte steks.
En de prone schins werd natuurlijk zapelstot van Weefsnitje, hij streek haar kak in de ogen en mutste haar op haar recht op haar kont.
Hij nam haar mee, zij trouwden veel en hadde lange kinderen en gaven een groot kannepoekenfeest....
~ Bekeken: 147 × | TOP | THUIS | TERUG
Doe mee!
Eluterius groeit door inbreng van gebruikers. Wil jij ook weetjes delen en dingen toe kunnen voegen? Word lid!
Weekpoll
En ook...
Top-30
De tussenstand in onze Eigenzinnige 30 van
week 19/2024. Muziek van 1950 tot nu!2
3
5
7
8
10
11
HAIRCUT 100 - Love Plus One 29
12
MORY KANTE - Yeke Yeke 2
13
14
THE MACHINES - I Miss You 20
15
BOOK OF LOVE - Boy 22
17
PAUL HARDCASTLE - 19 17
19
22
KRIS DE BRUYNE - Amsterdam 18
24
27
PETITE AMIE - Desastre 13
28
OMC - How Bizarre 23
Rechts